Azië

India-Nepal 2005

Turkije, Dogubayazit
Vanuit Dogubayazit aan de Iraanse grens willen we allereerst een aantal mensen bedanken die ons hebben geholpen waardoor het mogelijk is geworden om goed voorbereid op reis te gaan. Het management en collega’s van Vizier i.v.m. de medewerking om zo lang vrij te krijgen. Frans voor het maken van de Bull-bar. Marcel voor alle hand- en spandiensten. Adriaan voor de borgsom van het carnet de passage. Frank M. voor de muziek onderweg. Frank v.B. voor de elektra-check. André voor de slotenservice en verder iedereen voor het helpen bij het leegmaken van de koelkast en diepvries.

Nadat Ton maandag samen met Marcel naar Den Haag is gegaan om de paspoorten op te halen met alle visa erin en nadat we van de laatste mensen afscheid hadden genomen zijn we dinsdagmorgen om vijf uur “gevlucht”. Deze keer was het afscheid nemen niet gemakkelijk! De eerste dag zijn we niet verder dan Aschaffenburg gereden en hebben daar ‘s middags lekker bij zitten komen van alle hectiek van de afgelopen weken. Daarna zijn we elke dag om 7.00 uur vertrokken en doorgereden tot ‘s middags 16.00 uur. Op wat vervelende dingen na is de reis zeer voorspoedig verlopen.

Voor de Oostenrijkse grens hadden we een Autobaanvignet gekocht en netjes op de voorruit geplakt. Bij een toltunnel werden we aangehouden en toen bleek dat we onder de categorie vrachtwagens vielen en dat we een tolkastje moesten hebben. Volgens de juffrouw in het tolhokje hadden we een groot probleem. Ton moest met alle autopapieren naar het kantoor. We kregen een boete van 220 euro en moesten een Go-Box  kopen en opwaarderen met 250 euro. Dit was een behoorlijk bedrag. Na uitleg van Ton wat onze plannen waren en hoe we ons hadden voorbereid op alles werd de boete ons kwijtgescholden. We hebben de Go-box gekocht en opgewaardeerd met 250 euro en op de raam gemonteerd. We konden we nu overal doorrijden en hoorden regelmatig een piep wat inhield dat het geld automatisch werd afgeschreven van het tegoed. Het is wel veel duurder dan het vignet. Geen wonder dat de Duitsers met hun grote campers zo een hekel hebben aan Oostenrijk!

Voor het eerst sinds de oorlog zijn we weer door het oude Joegoslavië gereden. Servië is een typisch Oostblokland en het doet ons denken aan Bulgarije en Roemenië. Aan de eerste de beste benzinepomp in Servië probeerde ze ons  op  te lichten. Door Ton’s natuurlijke achterdocht konden we dit voorkomen. De man had ons bij het pinnen 30 euro meer gerekend als het bedrag waarvoor we getankt hadden. Hij zei dat hij de 6 voor een 8 had aangezien en gaf zonder te morren het teveel betaalde geld terug. We hebben gewoon op een parkeerplaats langs de autobaan geslapen en ons nergens onveilig gevoeld. Het omrijden over Roemenië is in onze ogen dus niet meer nodig.

We zijn in drie dagen dwars door Turkije gereden naar de Iraanse grens. De natuur was weer schitterend alleen jammer dat ze het ook gebruiken als een grote vuilnisbelt. Economisch gaat het in het westen van Turkije beduidend minder goed dan een aantal jaren geleden. Veel wegrestaurants en benzinepompen waren gesloten en staan te verpauperen. Ook is er veel minder verkeer op de weg maar dat zal wel komen door de dure dieselprijzen. In Holland hebben we nog niet te klagen; hier betalen we ongeveer 1.40 euro per liter. De laatste 600 kilometer waren verschrikkelijk om te rijden. De wegen waren erg slecht en overal kapot gereden door het zware vrachtverkeer. Over een lengte van wel 1000 kilometer zijn ze de 2 baansweg aan het verbreden naar een 4 baansweg met de nodige verkeershinder.

Bij een van de laatste koffiestop werd Floor aangevallen door een 6-tal pony-grote honden. Ze hield hier gelukkig alleen een bloedende poot aan over welke nu alweer aan het genezen is. We waren even goed geschrokken.
Hoe verder we naar het oosten reden hoe kleiner en armoediger de dorpjes werden. Men was zich hier volop aan het voorbereiden op de aankomende winter. Er werd gemaaid, gerooid en overal werd er met kolen en hout gesleept. De wegen lagen vol met graan wat gedorst moest worden. Overal hangen en liggen geiten en schapenstront turfen te drogen. Hier  wordt op gekookt en gebruikt men in de kachel.

Onze vaste overnachtingsplaats in Erzerum was geheel verpauperd dus zijn we weer snel vertrokken. Onderweg naar Dogubayazit kwamen we een Nederlands stel ( Rob en Lucie) op de fiets tegen, ze waren onderweg naar Peking. We hebben ze een lekker bakje Douwe Egberts koffie aangeboden. Op de camping bij de Isak Pasja hadden we meerdere “Overlanders” verwacht. Er was echter niemand en er was helemaal niets te doen. We kunnen zelfs niet eten of drinken in het restaurant. Dit is vanwege de Ramadan gesloten. Dat was erg jammer want voor 4 jaar terug was het hier oergezellig. Juist toen we beslist hadden om verder te reizen kwamen er toch nog meer reizigers aan en zijn we nog een paar dagen gebleven. De eerste 4000 kilometers zitten er in een week op. Dit is ongeveer een zevende deel. We kunnen dus over 6 weken terug zijn oftewel  5 maanden lekker niets doen!

Pakistan, Quitta
We hebben Iran ook al weer achter ons en zijn in Quitta in Pakistan. We zijn zondag 9 oktober samen met Sepp en Suzie uit Duitsland en Pascal, Corina en hun zoontje Robin uit Zwitserland de grens Turkije-Iran overgestoken. We hebben met hen nog 3 dagen samen gereisd tot in Qom, dat was wel gezellig.

De laatste dagen op de camping in Dogubayazit waren ook heel gezellig. De camping liep langzaam vol met reizigers richting India en vaak nog verder. Er werd gereisd met campers, motors, fietsen of alleen met de rugzak. In Dogubayazit vroor het ‘s nachts en ‘s morgens vroeg ongeveer -5 graden. Twee dagen later in Teheran was het maar liefst 30 graden. Het is dus afzien met al die kleding aan. (vooral voor Chantel in haar Iraanse klederdracht). In Tabriz zijn we op Ton na allemaal naar het centrum geweest. We hebben de blauwe moskee bekeken en over de bazaar geslenterd. De terug weg in de taxi was vreselijk. We zaten midden in de Ramadanspits (zonsondergang ). Een kamikazepiloot was er niets bij, de chauffeur schoot links en rechts langs de voor hem rijdende auto’s. Hij negeerde rode stoplichten en reed met een snelheid van meer dan 80 kilometer door steegjes die niet breder waren als de taxi. Toen we bij de camper uitstapte stond ons allemaal het huilen nader dan het lachen.

Vanuit Teheran zij we in 3 dagen naar de grens met Pakistan gereden. Vergeleken met 4 jaar geleden is het verkeer vertienvoudigd en levensgevaarlijk. Er word zowel links als rechts ingehaald. De verkeersregels lapt men aan zijn laars en iedereen wil als eerste daar zijn waar hij moet zijn. Maar goed dat hier geen alcohol te koop is anders vielen er nog veel meer doden in het verkeer. De geweldige toename van het verkeer heeft nog meer gevolgen. In het land van de olie kun je regelmatig niet aan diesel komen. Of er is geen diesel en je moet een dag wachten of je krijgt maar 50 liter. Door veel te praten en stoppen met tanken te negeren hebben we toch steeds diesel gekregen en de grens bereikt alwaar we toch echt een keer 24 uur op diesel hebben moeten wachten. In tegenstelling tot Turkije is het in Iran kicken om te gaan tanken. De diesel kost anderhalve eurocent per liter. Ook hebben we al olie laten verversen in Iran wat ook bijna niets kost. Olie verversen inclusief 10 liter olie en filter kost 8 euro.

Op sommige plaatsen in Iran waren we weer een grote bezienswaardigheid. Mensen reden met de auto voorbij, stopten, reden achteruit, stapten uit, gingen een tijd zonder iets te zeggen naar ons staan kijken, stapten weer in en reden weer weg. Ze spreken geen woord buitenlands maar zijn erg vriendelijk en behulpzaam. Ondanks de ramadan krijgen we overdag thee en eten aangeboden terwijl ze zelf niks nemen.

Voor diegenen onder jullie die denken dat wij alleen maar kip eten; we hebben nog geen kip gehad. Onze maaltijd bestaat uit biefstuk, varkenshaas, kariboeworst (rendiervlees uit Alaska) en verse zalm uit Alaska. We hebben namelijk de diepvries van onze Duitse medereizigers leeggemaakt, waarvan de ouders in Alaska wonen. Die vliegen regelmatig naar Duitsland en brengen dan (illegaal) een koffer diepvriesvlees en vis mee.

In Bam waar met kerst 2003 een grote aardbeving was met meer dan 40.000 doden hebben we onze ogen uitgekeken. De mensen leven er nog steeds tussen de puinhopen in tentjes of containers. Hier en daar zijn ze wel bezig met de wederopbouw, maar het gaat erg langzaam. Volgens Ton hebben ze het ingezamelde geld in andere zaken geïnvesteerd dan in de wederopbouw. Alle jongeren rijden hier op een spiksplinter nieuwe bromfietsen dan krijg je toch vreemde ideeën waar het geld aan zou zijn besteed. We hebben tussen de puinhopen van Mr. Akbars Guesthouse overnacht en zijn de volgende ochtend richting Pakistaanse grens gereden. De laatste paar dagen zijn we al om 6.00 uur aan het gaan rijden i.v.m. de warmte en omdat het al om 17.00 uur donker is. Gelukkig gaat de klok in Pakistan weer anderhalf uur terug.

Op weg naar Zahadan kwamen een Oostenrijkse camper tegen, beiden zijn we gestopt. Zij kwamen net uit India terug en kregen we een hoop informatie van hen. In de grensplaats Mirjava bij een hotel op de parking overnacht. Er was geen diesel te krijgen omdat deze allemaal werd opgekocht door Pakistaanse smokkelaars. Na bemiddeling van de hotelbeheerder Ali werd er even plaats gemaakt en konden we toch nog tanken. Aan de grens was iedereen erg vriendelijk en behulpzaam. We waren weer snel onderweg op de als gevaarlijk omschreven route. Vaak moet je onder politiebegeleiding rijden, maar deze keer was er geen politie te bekennen.

De weg naar het eerste dorp Dalabadin gaat door de woestijn en gaat van 4 baans naar 2 baans en van 2 baans naar een rijstrook. Je komt alleen een paar nederzettingen tegen en verder niets. Na 280 kilometer kwamen we in het eerste dorp aan en onder gingen we een grote cultuurshock. Wat we hier zagen ging al onze fantasie te boven. Chaos en nog eens chaos. Overal werd er iets te koop aangeboden en alles reed of liep door elkaar. Je ziet alleen maar mannen, mannen en nog eens mannen. Of ze hier ook vrouwen hebben? Wij hebben ze niet gezien. Na 4x door deze chaos geslingerd te zijn met de camper hadden we eindelijk onze overnachtingsplek gevonden. Chantel en Floor zijn netjes achter de muren van het Governerments Guesthouse gebleven terwijl Ton zich in het “bruisende” dorpsgebeuren stortte. Ton kwam terug met allerlei lekkernijen, want vlees en groente kon hij niet vinden tussen de vliegen.

De eerste Pakistaanse maaltijd beviel prima. Het waren gefrituurde pepertjes, paprika’s en aardappelschijfjes welke eerst in een beslag zijn gedompeld. Het smaakt allemaal lekker pittig. Na een verdiende nachtrust zijn we weer vroeg richting in een Quetta vertrokken. Het was een hele klus om er te komen. We hebben 330 km in 8 uur gereden. De weg was niet breder dan de auto. Er zaten gaten in waar de hele camper inpaste. De zijkanten van de weg lopen gemiddeld 20 centimeter af tot wel een meter. Als er een vrachtwagen of bus komt moet je van de weg af en dat is een hele klus. Quetta was ook een grote chaos. Veel ezels, geiten, kamelen, auto’s, bussen in allerlei maten, fietsers en mensen, heel veel mensen. De stad hing de hele dag in de smog.

Het links rijden was geen probleem want daar heeft Ton tenslotte al voldoende in geoefend in Nederland. Te voet was het linkse verkeer wel een probleem. Je kijkt iedere keer de verkeerde kant op! We zijn te voet al een paar keer bijna door een ezel “aangereden’.

Quetta is een grote bedrijvige stad. Ook hier waren weer meer mannen op straat dan vrouwen. Chantel heeft zich wat mooie hoofddoeken gekocht. Ze voelt zich hier meer op haar gemak als ze haar hoofd bedekt. De stad was erg vuil. De open riolen lopen langs de stoepranden en stinken vreselijk. We hebben overnacht bij hotel Bloomstar op de binnenplaats. Mooi was anders maar het gaf ons wel een veilig gevoel.  We hebben hier in Quetta een verzekering afgesloten voor de camper. aan de grens was dit niet mogelijk. De bazaar deed erg oosters aan. Hij was druk en er was echt alles te koop. De aanvoer van koopwaar is met een ezel met wagen. Deze werden soms zo vol geladen dat de ezel in de lucht hing.

Wisten jullie al:

Dat we in Turkije niemand over deelname aan de EU hebben horen praten. In Iran vroegen ze ons hierover het hemd van het lijf. Als Turkije erbij komt willen zij ook wel bij de EU komen.

Dat je in een Iran een taxirit kunt maken die je kunt vergelijken met een ritje in de Python.

Dat Ton de waterpijp toch niet heeft kunnen weerstaan.

Dat je in Iran 1500 km tolweg rijdt voor 5 euro.

Dat ze in Pakistan speedbreakers hebben. Als je deze over het hoofd ziet kun je de voor en achteras honderd meter achter de camper ophalen.

Dat ze in Pakistan Highways hebben die niet breder dan de auto zijn.

India, Amritsar
India Amritsar 8200 km gereden.
Vanuit Quetta volgens een zeer goed voorbereidde route via Dera Ghazi Khan naar Multan gereden. De eerste 100 km waren redelijk, en toen begon de ellende! Road “in construction”, dit hield in dat we 400 km door de woestijn gereden hebben zonder asfalt. Over 100 km hebben we 10 uur gedaan, in het donker gestrand bij een asfaltcentrale waar we gelukkig onze camper konden parkeren, achter de muren geslapen. na een welverdiende nachtrust verder. Nog steeds geen verharde weg! Alleen zand of zeer grote kiezels, verschillende malen een steen tussen de achterwielen uit moeten halen. Verschillende keren met de uitlaat en de tanks aan de grond gezeten.
Ook moesten we nog een pas over, waar we de dood in de ogen hebben gezien. Een onverhard pad, links een berg honderden meters hoog, rechts een afgrond honderden meters diep, de weg niet breder als de camper, stalen platen over diepe gleuven in de weg. Het was een hel en Chantel heeft een traantje van ellende moeten wegpinken. Onder aangekomen, hebben we als niet gelovigen, toch maar even God bedankt. Na een grote inspectie van de auto weer verder. Toen de weg eindelijk weer geasfalteerd was moesten we bij een politiecontrole stoppen. We mochten alleen verder met politie-escorte.

3 uur lang in het donker achter een politiewagen gereden, die ons naar Multan bracht. Hier zouden we in het Holliday-Inn hotel moeten slapen, voor maar liefst 100 dollar per nacht, dit geweigerd. Na veel gebel werden we naar een politiekazerne gebracht waar we de camper konden parkeren en konden gaan slapen. ‘s Morgens dachten we in alle rust te kunnen vertrekken naar Lahore (grensplaats). Niets was minder waar, we kregen weer politie-escorte en met 90 km per uur scheurde we over de highway, door steden en dorpen en werden we door de politie naar de grens gebracht. Enerzijds voelde we ons koning en koningin anderzijds hebben we de cultuur onderweg niet kunnen snuiven en geen foto’s kunnen maken. Voor het douanekantoor aan de grens overnacht. ‘s Avonds met de corrupte beambten heerlijk aan de Indiase whiskey gezeten.

De grens tussen Pakistan en India wordt elke avond om 17.00 uur met veel ceremonieel gesloten. Aan beide zijde van de grens verzamelen zich honderden toeschouwers. De vlaggen worden gestreken en de poorten gesloten door prachtig uitgedoste militairen. De toeschouwers zingen om het hards patriottische liederen. Aan de Pakistaanse kant worden de mannen en vrouwen gescheiden om het spektakel te aanschouwen. Met veel minder vertoon en publiek wordt elke morgen de vlag weer gehesen en de poorten geopend om half 10.

De volgende dag de grens over en in het guesthouse van Mrs. Bandaris in Amritsar, een oase van rust in een stad van 1 miljoen inwoners, genoten van een welverdiend koud biertje. Hier zijn we ons bezig gaan houden met een alternatieve terugroute door Pakistan, want dezelfde weg terug nooit!! We laten nog liever alles hier achter en vliegen terug. Ook van andere reizigers hebben we gehoord dat de weg die we hebben gereden over de pas een hel was! Dit waren mensen die zelf de weg hebben gereden met een motor of een 4-wheel drive, kun je je voorstellen hoe deze weg is geweest met onze “Dancing Queen”.

De contacten met de mensen in Pakistan
De meeste mensen zijn erg vriendelijk en behulpzaam (mannen dus, want vrouwen zie je bijna nergens). Bij de niet in werking zijnde asfaltcentrale werden we uitgenodigd op de melkthee. Men is zo vriendelijk voor mens en dier dat de muizen er over de tafel liepen en de vleermuizen binnen rond vlogen. Gelukkig geen spinnen gezien want dat was erger. Uitleg gekregen waarom er geen weg meer was. In de provincie Balochistan wonen maar 5 procent van de mensen uit Pakistan. Het oude smalle weggetje was door het zware vrachtverkeer helemaal kapot gereden. Het maken van een nieuwe weg duurde heel lang want machines gingen kapot en konden niet gerepareerd worden!
We konden er ook nog bedden, eten en een douche nemen, maar dit hebben we afgeslagen.

Bij de politiekazerne was men ook vriendelijk en behulpzaam. Men hielp zelfs de watertank vullen met een gieter! Ook daar mochten we van een douche gebruik maken en kregen we fruit aangeboden. Bij de grens aangekomen kregen we van de carnet-beambte cola en koek aangeboden en ‘s avonds aan de Indiase whisky. Ze wilde allemaal vrienden maken, want iedereen wilde euro’s wisselen. Dit dan ook maar bij verschillende beambten gedaan. ‘s Morgens hadden we binnen 5 minuten al onze papieren en stempels geregeld en moesten we eerst weer thee drinken alvorens we konden vertrekken naar India.

De eerste 30 km in India werd de mensenmassa almaar groter. We reden langs een rivier op waar onze riolen nog lekker bij ruiken. Hierin liepen de waterbuffels, waar je hier biefstukken van kunt eten, die hoeven we dus ook niet meer. We hebben nog enkele “illegale” varkenshazen in de diepvries liggen, als deze op zijn vrezen we dat we vegetariërs worden. Via een nog nader te plannen route gaan we naar Kathmandu in Nepal.

Nepal, Pokhara
In Amritsar hebben we 3 dagen bijgetankt en de camper ontdaan van al het Pakistaans stof. Diverse mensen daar gesproken, helaas hadden die weinig positiefs te vertellen over India. Corruptie en diefstal zijn de laatste jaren enorm toegenomen, dus hun advies luidde, pas goed op! We hebben de gouden tempel bezocht,heel erg mooi. Dit moest met het hoofd bedekt en op blote voeten wat na 2 uur wel pijn ging doen. In het tempelcomplex worden elke dag 2 gratis maaltijden verstrekt voor 10.000 mensen. Ook een verzekering afgesloten voor de auto, dit kon niet voor 4 maanden alleen voor een heel jaar, Nepal en Pakistan konden meteen mee verzekerd worden, kosten 26 euro.

Omdat we op de terugweg toch in Dehli moeten zijn voor het visum van Pakistan deze stad omzeild. Dit was achteraf een zeer slecht idee, want de wegen waren superslecht. Wederom een keer 5 uur gereden over een afstand van 100 km. Het rijden van A naar B wat telkens ongeveer 250 km is neemt toch iedere dag 8 tot 10 uur in beslag. Daarbij komt het verschrikkelijke rijgedrag van onze medeweggebruikers (bussen en vrachtwagens zijn een soort zelfmoordenaars) wat maakt dat we elke avond uitgeput zijn.En slapen voor hotels of bij benzinepompstations valt ook niet mee, in Holland is het op de middenberm van de A2 rustiger als hier. Iedere auto toetert hier ook, niemand slaat er acht op maar wij worden er crimineel van. Waarschijnlijk wordt India in niet al te lange tijd een groot afnemer van gehoorapparaten. Op de highway van Dehli naar Nepal was het zo druk dat we continu file hebben gereden op een zeer slechte weg. Nog nooit zoveel ongelukken gezien over een afstand van enkele honderden kilometers.

Ondanks het negatieve reisadvies toch in het zuidwesten van Nepal de grens overgegaan. Hier dachten we rond de middag aan te komen maar het werd toch weer 17.00 uur. De grensovergang was een smalle ijzeren brug over de rivier de Mahakali Nadi. Aan de Nepalese kant was iedereen erg vriendelijk en behulpzaam en we mochten aan de grens achter een muur overnachten. Het visum moesten we bij de beambte thuis halen. Hier liepen de geiten en kippen in de huiskamer. De route door de Terrai was prachtig, herten die in een kudde de weg overstaken, apen langs de weg, mensen in lemen hutten, nergens elektra, rijstvelden, rietsuikervelden en bossen. En, bijna geen verkeer op een redelijke weg. Overnacht bij een hotel in Nepalgunj waar we niks hoefden te betalen als we er kwamen eten, dit gedaan en het was heerlijk. De chinees in Gennep kan er niet aan tippen. Onderweg zijn we regelmatig aangehouden bij roadblocks die door het Nepalese leger werden bemand. Zij proberen om de Maoïsten te bestrijden. Die hebben een groot deel van Nepal in hun macht. In Nepalgunj was er een razzia, het leger was op zoek naar maoïstische aanhangers. Dit ging gepaard met veel schietwerk.

De dag erop de bergen in, helaas werd de weg slechter en kreeg meer het effect van een wasbord waardoor we niet harder dan 40 km konden rijden. Wederom weer net voor het donker bij hotel Srinagar in Tanssen aangekomen. De dag erop zagen we pas in wat voor prachtige omgeving we terecht waren gekomen. Mooi uitzicht op de besneeuwde bergtoppen van de Himalaya en lekker koel. Hier 2 dagen gebleven. Het dorp bezocht, dit bestond uit hele oude huizen die aan erg steile straten lagen. We zagen vrouwen met grote takken bossen de straten omhoog lopen. Hier hadden we veel ontzag voor, wij hadden zonder ballast al moeite om omhoog te lopen. De lucht is hier heel ijl op 1700 meter hoogte.Via een prachtige weg, bochten, omhoog, omlaag langs diepe ravijnen naar Pokhara.  Onderweg werden vele malen aangehouden door groepjes zingende en dansende  jongeren. We moesten dan wat klein geld geven voor we mochten doorrijden. Dit was ter gelegenheid van het Tikatfestival.We gaan nu 10 dagen “vakantie houden”. Onze Floor is met de vakantie ook erg in haar nopjes, ze had het wel gehad met het reizen. Het gaat prima met haar. Nepal is prachtig, mensen zijn erg vriendelijk. Vanaf de grens hebben we wel regelmatig roadblocks van het leger gehad.

Pokhara bestaat uit 2 delen; Pokhara stad het oude gedeelte en Lake-side een heel nieuw gedeelte voor de toeristen. Lake-side ligt aan het Phewameer. Het is een aan een schakeling van winkels en restaurants. Hier is echt alles te koop om een trekking te gaan doen. De toeristen zijn voornamelijk jongeren die de Himalaya in gaan.
De camping in Pokhara was er niet meer. Het was een soort gemeenschappelijke wei geworden. Er stond nog een camper, een Zweedse hippie die al meer dan 30 jaar niet meer verder was geweest dan Nepal en India. Er kwamen Tibetaanse dames langs die hun koopwaar aan ons wilde slijten. Ook de  Tibetaanse kinderen waren in ons geïnteresseerd. Zij vroegen elke morgen om de bierflesjes die leeg onder de camper lagen. Later bleek dat het hun ging om het statiegeld wat ze er voor kregen. De laatste morgen dat we op de “camping “stonden werd er bijna voor onze camper een geit geslacht. Het beest werd met touwen aan zijn voor en achterpoten uit elkaar getrokken zodat hij stil bleef staan. Een man met een groot zwaard stond te meten boven de nek van de geit of hij in een keer goed de kop er van af kon slaan. Na zeker 10 minuten vreselijk gemekker te hebben aangehoord van de geit viel zijn kop eraf en was hij geslacht. Later die morgen zagen we bij een slagershut de gestroopte vers geslachte geit hangen.

Doordat er hier veel toeristen zijn hebben we geen tekort aan een praatje. Een Duits stel met een camper zijn hier ook, ze hadden op 1 dag op de weg van Dehli naar Nepal 4 aanrijdingen gehad. Wij hebben gelukkig nog alles heel. Het Duitse stel Jupp en Doro stonden bij hotel Mountain House. Wij hebben besloten om daar de rest van onze tijd in Pokhara ook te gaan staan. In dit hotel kwamen veel Nederlandse hulpverleners logeren wanneer ze hier zijn. Zo kwamen we veel te weten over allerlei hulpverleners projecten in Nepal.

We hoorde van de bomaanslagen in Dehli met veel doden en gewonden, hopelijk wordt het weer rustig in India. Wij zijn nog zeker 2 tot 3 weken in Nepal. We hebben gehoord van andere mensen dat de grens tussen Turkije en Iran op dit moment dicht is voor toeristen. Het is toch ook iedere keer wat, we gaan er vanuit dat hij over 5 maanden weer open is, anders hebben we een probleem. Maar dat zijn zorgen voor later.

Nepal, Pokhara (2)
We hebben het hier erg goed naar onze zin. We doen niet veel en rusten lekker uit van de vermoeiende reis. We komen hier veel interessante mensen tegen en hebben veel lol met hen. We staan nu bij hotel  Mountain House met een Duitse camper. Erg gezellige mensen uit Kevelaar, Jupp en Doro. Zij hebben steeds een aantal dagen vóór ons gereisd door Iran, Pakistan en India en nu hebben we elkaar getroffen in Pokhara. We gaan elke dag uit eten. Vaak bij het New Everest Steakhouse. Het kost niks en het smaakt heerlijk met een lekker koud pilsje erbij. Boodschappen doen en koken is hier duurder. Regelmatig komen ook hier toeristen langs om een praatje met ons te maken. Iedereen is erg verbaasd dat je via de weg hier naar toe bent komen rijden met de camper. Marianne en Rainer, kennissen van Jupp en Doro hebben eergisteren  met ons  gebarbecued. Duitse braadworsten (hier te koop) gegrild met een biertje erbij en een temperatuur van 30 graden. Alsof we ergens in Duitsland of Nederland in de tuin een BBQ-feestje hadden.

Na een aantal dagen niets te hebben ondernomen zijn we gisteren naar de World Peace Pagode gewandeld. Deze Pagode ligt op een berg van 1100 meter. Pokhara ligt op 800 meter, dus een flinke wandeling. De tocht begon met een hangbrug waar we overheen moesten. In de rivier werd de was gedaan door de vrouwen en te drogen gelegd op de stenen. Het was een hele klus om via de soms zeer steile paden boven te komen. Ton is tot 3x toe bijna dood gegaan maar het is gelukt. Het was prachtig door een bos van hazelnootbomen met zeer diepe afgronden en grote spinnen in hun web. Eenmaal boven werden we beloond met een geweldig uitzicht op de besneeuwde toppen van de Himalaya. De wandeling naar beneden was wederom een bovenmenselijke inspanning. Via hele steile paden en van stenen gemaakte trappen waren we in een klein uurtje beneden. De heenweg duurde 2 en een half uur. Dus kun je wel bedenken hoe steil het langs ravijnen weer naar onder ging. Met een boot over het Phewameer terug naar Pokhara waar we ons hebben getrakteerd op een cappuccino met een stuk appeltaart (die niet lekker was).

‘s Avonds bij de Italiaan gegeten, ja, ja, je hebt hier alle soorten restaurants. We verhongeren nog niet! We gaan hier verder genieten en eind van de week gaan we waarschijnlijk richting Kathmandu. Dan komen Germaine en Wim ons 3 weken vergezellen. Jupp en Doro zijn al afgereisd naar Katmandu. Ze hebben Brad en Heather meegenomen in hun Truck. Dit is een Amerikaans stel dat met de rugzak een jaar in Azië aan het rondtrekken is. Net voor ze wilde vertrekken kwamen Gunther en Christien nog even langs met hun Mercedes GL, die ingericht is als camper. Zij hebben al bijna de hele wereld met de camper bereisd. Wij hadden Gunther en Christien getroffen in Amaritsar bij Mrs. Bandaris.

Nepal, Kathmandu
Na 9 dagen uitrusten in Pokhara zijn we naar Kathmandu vertrokken. De weg naar Kathmandu was erg spectaculair. We moesten over een brug waar je precies met de wielen over twee rijplaten moest rijden. We reden langs de Seiti-rivier tot we aankwamen bij een pas die we over moesten om in Kathmandu te komen. De pas was 2400 meter hoog en er liep een weg die net breed genoeg was voor twee auto’s. Van een vangrail hebben ze hier nog nooit gehoord. Bijna boven stonden we in een file. Dit bleek later voor een roadblock van het leger. Kathmandu zelf ligt in een soort kom tussen de bergen op 1337 meter hoogte.

De bedoeling was om een paar dagen op een camping te gaan staan vlakbij de apentempel. Helaas konden we deze niet vinden en de mensen aan wie we de weg vroegen wisten niet waar we het over hadden. Uiteindelijk na 2 uur zoeken en vragen hebben we een taxi voor ons op laten rijden naar het Summit Hotel in Patan. Germaine en Wim zouden hier verblijven. Door hele smalle straatjes kwamen we bij het Summit Hotel uit. Na veel heen en weer bellen mochten we op een ommuurd terrein parkeren. Van hieruit werden de Himalaya expedities voorbereid. Vele sherpa’s liepen er de hele dag rond wachtend op een nieuwe opdracht. De tijd werd gedood met kaarten.

In Kathmandu hebben we het visum van Pakistan gehaald. We moesten een “letter of recommandation” hebben van het Nederlandse consulaat. De volgende dag terug en de boel ingeleverd. De dag daarna konden we het ophalen. We hebben vanaf nu  6 maanden de tijd om in te reizen en we mogen 2 maanden in Pakistan verblijven. We zijn erg blij dat we niet naar Delhi hoeven. Dit is ons door andere reizigers ten sterkste afgeraden met zo’n grote camper. Ton onze anti-stadsman is hier erg mee in zijn nopjes.

Germaine en Wim zijn 15 november gearriveerd. Zij reizen twee weken met ons mee. Met zijn vieren Kathmandu en omgeving verkend. De Durban Square’s van Kathmandu, Patan en Baktapur bezocht. De Durban Square’s zijn grote centraal gelegen pleinen in de steden die vol staan met tempels uit alle tijden. Daarna ook de apentempel Swayambhunath bezocht. Deze is te bereiken via een lange trap. Deze tempel wordt bevolkt door een kolonie apen. De apen zijn erg gefixeerd op de offerandes die mensen mee brengen. Zodra ze zien dat er verse bloemen of rijst ligt pakken de apen het weg en gaan het heerlijk zitten opeten.

Pashupatinath is een Hindoetempel en de plek in Kathmandu om je te laten cremeren als Hindoe. Na de crematie wordt de as in de Bagmati-rivier gegooid. Deze mond uit in de Ganges. Dit is de heilige rivier voor de Hindoes. We mochten de tempel niet bezoeken maar konden buiten een Hindoe crematie met al zijn rituelen volgen. Dit was erg indrukwekkend. Ook na de dood is het verschil tussen arm en rijk nog zichtbaar. Ben je arm dan wordt je op een slechte kwaliteit hout gecremeerd en kan het zijn dat je nog niet helemaal tot as verbrand in de rivier wordt geveegd. Ben je rijk dan is de kwaliteit van het hout prima en wordt je geheel tot as gecremeerd. Bonath is de het grootste boeddhistische klooster van Nepal. Rond de Stoepa is een hele wijk waar de kloosters zich bevinden. Hier hebben we ook veel monniken gezien. Het was er erg levendig met veel souvenirwinkels en heel veel mensen. Velen kwamen uit Tibet.

De laatste dag van ons verblijf in Kathmandu hebben we met een jeep een dagtocht naar Nagargoth gemaakt. Bij goed weer heb je hier een 360° uitzicht over de Himalaya. In Kathmandu kwamen we ook Jupp, Doro, Heather en Brad weer tegen. Jupp en Doro stonden op de camping aan de voet van de apentempel. Met zijn allen zijn we gaan eten in het Himalaya Inn. Dit is een erg chic hotel waar we van een Vietnamees buffet hebben genoten.

Na 1 weekje Kathmandu zijn we naar het Royal National Chitwan park in Zuid Nepal gegaan. We moesten weer via de pas Kathmandu verlaten. We hadden boven op de pas een spectaculair uitzicht over het dal. Het laatste stuk naar Sauraha in het park was erg smal en onverhard. De bevolking in een plaatselijk dorpje had de weg afgesloten met een slagboom. We werden verzocht om roadtax te betalen. Zo probeerden ook zij een graantje mee te pikken van het toerisme. Sauraha ligt aan de Raptirivier en bij het Royal Park Hotel mochten we de camper in de tuin parkeren. Aan de rivier kon je op het terras genieten van de zonsondergang.

We hebben in het park van alles ondernomen. De eerste dag hebben we een kanotocht in de ochtendmist gemaakt en het olifanten opvang en fokcentrum bezocht. Hier word geprobeerd om het olifantenbestand te vergroten d.m.v fokprogramma’s. Het was erg interessant en leuk. De kleine olifantjes liepen los over het terrein en waren erg ondeugend. Ze kwamen tegen je aanduwen of je inspecteren met hun slurfjes. De volgende dag een jeepsafari gemaakt door het duizend meren gebied. Veel wild gezien; o.a. krokodillen, herten, everzwijnen, een beer, zwarte ooievaars, slangen, een visarend, pauwen, papegaaien en neushoorns. Als laatste hebben we nog een olifantensafari gemaakt. Dit was een echt hoogtepunt. We zaten met zijn vieren in een mandje op de rug van een reusachtige olifant. Het logge beest baande zich een weg door het hoge olifantengras op zoek naar neushoorns. Uiteindelijk hebben we een paar keer oog in oog gestaan met de neushoorns.

In zijn totaliteit zijn we bijna 4 weken in Nepal geweest. Het was een groot feest: de rust, de redelijk goede wegen, de vriendelijke mensen, het bier, het lekkere eten, het bezoek uit Nederland en natuurlijk de bergen.
NEPAL staat volgens de Nepalezen voor Never Ending Peace and Love. Of dit klopt met wat we horen over de politieke situatie weten we niet. 3 December loopt er een bestand af tussen de koning en de maoïsten, we zijn dan Nepal al uit. Iedereen vraagt zich af wat er dan zal gaan gebeuren. Door gesprekken met hulpverleners en de Nederlandse consul (Kari) hebben we veel info gekregen omtrent cultuur, geschiedenis en de situatie op dit moment van Nepal.

Allemaal bedankt voor de verjaardags-mailtjes. We hebben de verjaardag van Ton gevierd met appelgebak en uiteraard een biertje. De camper was versierd door Germaine en Wim met slingers en ballonnen. Van het hotel kreeg Ton een echte verjaardagstaart. We zijn nu helemaal uitgerust en weer klaar voor de reis naar India.

India, Goa
Aan de grens van Nepal hebben we wat problemen gehad. We bleken bij binnenkomst in Nepal een uitreisstempel gekregen te hebben op het carnet de passage. Ze wilden dat we 1000 km terug reden om het goede stempel te halen, niet dus. Na veel praten van Ton kwam er een inspecteur bij en kregen we toch een uitreisstempel. De weg naar Varanasi was prima, Ton dacht al door te kunnen rijden naar Sri Lanka. Dit enthousiasme was snel verdwenen toen we van Varanasi naar Kajuharo reden. Dit was een Pakistan weg, verschrikkelijk om te rijden. Kuilen van meer als een halve meter diep. Hier moesten we doorheen balanceren met onze Dancing Queen. Het viel weer niet mee en we moesten ook nog roadtax betalen om over deze gatenkaas te mogen rijden. Onderweg is de dieselleiding gebroken, deze hebben we 2x moeten laten repareren.

In Varanasi hebben we  samen met Germaine en Wim een boottocht gemaakt op de Ganges bij zonsopkomst. Erg indrukwekkend al die badende mensen met hun rituelen. Ook het zien van al die crematies was zeer indrukwekkend. De Ganges is wel erg vervuild! De een staat zich te wassen en zijn tanden te poetsen, de andere drinkt het water, weer een ander staat zijn was te doen, en er wordt zelfs in geplast en gepoept! En natuurlijk wordt alle crematie as (en soms de niet geheel verbrandde lichamen) de Ganges in geveegd omdat dit het ultieme voor een Hindoe is. In Varanasi hebben we afscheid genomen van Germaine en Wim, zij vlogen naar Delhi om daar nog een paar dagen te zijn en wij reden door naar de erotische tempels in Khajuharo. We hebben een hele leuke en gezellige tijd met zijn vieren gehad.

De weg naar Khajuharo was verschrikkelijk slecht. We hebben 2 dagen gedaan over 400 kilometer. Door al dat geschud en gedans van de Queen is tot 2x toe de dieselleiding doorgescheurd. In de garages was er geen dieselleiding voorradig. Met tape is de lekkage gerepareerd. In Khajuharo hebben we ook weer Jupp en Doro getroffen. Dit weerzien ‘s avonds met een biertje en een barbecue beklonken. We hebben de erotische tempels bezocht. Zeer indrukwekkend als je je bedenkt dat deze tempel meer dan 1000 jaar oud zijn. De tempels zijn geheel versierd met erotische afbeeldingen. Het was een vroege vorm van seksuele voorlichting in een tijd dat de meeste mensen nog niet konden lezen en schrijven. De Kama Sutra vindt hier zijn oorsprong.

In Agra hebben we het fort en natuurlijk de Taj Mahal bekeken. De Taj Mahal hebben we 2x bezocht, 1x aan de achterkant tijdens de zonsondergang en de volgende ochtend aan de voorkant bij zonsopkomst. Het is werkelijk een prachtig gebouw en het staat in een hele mooie tuin.  Of het nodig is om ‘s morgens om 6.00 uur daar al te moeten zijn vragen we ons toch af. De Taj Mahal is door de Indiaase Grootmogol Sjah Jahan in de 17e eeuw gebouwd als mausoleum voor zijn geliefde overleden vrouw.

Vanuit Agra zijn we naar Jaipur gegaan. Hier het fort in Amber, het water paleis , het city paleis en natuurlijk het paleis der winden bezocht. Vanaf het tijgerfort hoog boven Jaipur de zonsondergang bekeken op een terras met een biertje, wat wil je nog meer. De nodige inkopen gedaan i.v.m. Sinterklaas en kleren laten maken. De mensen waren hier gruwelijk opdringerig, iedereen wil aan ons verdienen. We begrijpen het wel, het is hier een dagelijks gevecht voor de mensen om geld te verdienen, maar het is niet altijd leuk. Het minimumloon hier is nog geen euro per dag! Ondertussen  parkeren we alleen nog maar bij dure hotels en eten daar ook, wat perfect is, maar wel duur. Het geld vliegt hier met bakken de deur uit, want ook de entrees zijn niet mis. Dit geeft wel een rot gevoel, gezien de armoede buiten de poorten van de hotels. De armoede hier in India grijpt ons behoorlijk aan, wat hebben wij het goed in Nederland. We zouden wel iedereen willen helpen maar dat is onmogelijk.

Ook bij de hotels slaap je niet altijd rustig, het is hier namelijk trouwseizoen, overal in de tuinen bij de hotels staan grote tenten. In Varanasi zijn we op een bruiloft geweest van 2000 man, welke duurde tot 5 uur in de ochtend. 2000 mensen en geen sanitaire voorzieningen, kun je je dat voorstellen? Iedereen gaat dus net buiten de tent in de tuin staan of zitten te plassen en indien nodig ook te poepen! Even iets leuks: in Jaipur vragen een paar jongens aan Ton hoe hij aan zo’n dikke buik komt? Na ze verteld te hebben dat dit komt van het bier drinken, vragen ze: komt dat dan niet via de plasser eruit?

Vanuit Jaipur naar Elora caves gegaan, een stuk van 1000 km. De weg was weer erg slecht op sommige stukken.
‘s Morgens een keer een slappe band, het ventiel bleek lek te zijn. Dit wilden we laten maken bij een bandenplakhut, die bij de benzinepomp was waar we hadden overnacht. Uit gelegd wel 10x  dat er geen binnenband in zat,  met 10 man erbij gaven ze aan dat ze het wel konden repareren. Toen ze eindelijk de band van de velg hadden schrokken ze zich kapot ,er zat geen binnenband in. Nog nooit van tubeless gehoord! Wel de buitenband dusdanig vermallemoerd dat hij nu alleen nog maar kan worden gebruikt met een binnenband erin. Onderweg hebben we problemen met de stuurbekrachtiging gekregen. In 4 garages geweest maar niemand heeft er verstand van en kan het repareren. In Elora heeft Ton zelf nog wat eraan gesleuteld. We kunnen nog wel rijden maar het stuurt erg zwaar. Misschien een klusje voor Frans als hij komt???

Op weg naar Elora hebben we 4 uur in een file gestaan op een bergpas van 950 meter hoog. Er was een ongeluk gebeurd, nadat het al donker was konden we weer rijden. Dat valt hier niet mee om in het donker te rijden met onverlichte fietsen en ossenkarren op straat. In Elora was een of andere bijeenkomst met een 200.000 mensen zonder sanitaire voorzieningen, iedere vrije plek werd gebruikt om hun behoefte te doen. Terwijl we daar liepen kwam er beurtelings een heerlijke etensgeur langs de neus en dan weer een toiletlucht. Complete poepvelden waren er! Tussendoor werd er gekookt, gegeten en gewassen. Dit is voor ons onvoorstelbaar maar hier heel gewoon.

In Elora hele mooie grottempels gezien, leek wel wat op Petra in Jordanië. En daar kwamen de dag voor we wilden vertrekken Jupp en Doro aan. We zijn een dag langer gebleven en  toen met zijn vieren verder gereden naar Goa. Op dit moment zijn we in Goa, op Agonda-beach. Er staan hier meerdere campers en het is hier prachtig. We staan onder de palmen en direct aan het strand. Het is de bedoeling dat we hier tot half januari blijven. 28 december komen Frans, Riëtte en Meis, we gaan ze van de trein halen in Margao. Ze blijven dan tot 8 januari, dan vliegen ze terug naar Bombay. We verheugen ons erg op hun bezoek.

India, Goa (2)
Hier in Goa is alles anders dan in de rest van India.                                                                                                                     In het verkeer wordt beschaafder gereageerd, minder getoeterd en minder opdringerig gereden.
Hier zijn weer supermarkten waar van alles te koop is.
Veel mensen spreken hier Engels.
Het is goedkoop.
Het heeft prachtige witte stranden met palmbomen.
Je kunt hier in je zomerkleding rondlopen zonder dat je wordt nagekeken.

Agonda-Beach is alles wat we ons hadden voorgesteld van een tropisch strand. De jungle loopt tot aan het strand in een mooie rustige baai. We staan aan de rand van het strand onder de palmbomen. Achter de palmbomen begint dus de jungle alwaar regelmatig apen rondslingeren. En waar ook luipaarden zitten, maar deze hebben op het moment geen trek in een Hollandse hap! Elke morgen komt er een bakker op de fiets langs met een mand verse broodjes en komt deze bij de camper afleveren. Verder komen ze met koekjes en honing langs de camper om te verkopen. 1x per week komt er een vrachtwagen langs die de dozen bier en water komt brengen die we die week nodig hebben. We staan hier samen met Jupp en Doro en nog een stuk of 8 andere campers uit Duitsland, Zweden, Oostenrijk, Italië en Nederland. Met allen word veel informatie uitgewisseld en zodoende zijn we al redelijk goed voorbereid op een verantwoorde terugweg door Pakistan. Hier kwamen we ook Gunther en Christien, Brad en Heather weer tegen.
We hebben samen me Jupp en Doro een BBQ gebouwd voor onze campers aan het strand. Er is houtskool aangeschaft en we brengen onze dagen door met het bedenken van allerlei culinaire hoogstandjes voor op de grill en de tandoori-pot. We hebben hier een slager ontdekt diemwaterbuffel steaks heeft die geweldig zijn en overheerlijk smaken.

De vismarkt hebben we ook al bezocht en we eten regelmatig gamba’s en tijgerprawns. Ook deze worden gegrild: heerlijk! Dit eten wordt vergezeld van een heerlijk koud biertje of het plaatselijke palmbomenjenevertje: Feni.
We werken mee aan de productie en omzet van deze Feni. Deze wordt getapt uit de palmbomen boven onze camper. Na 3 dagen rijpen heeft  het een alcoholpercentage van 50 procent en kopen wij de Feni van de man die het goedje van de boom tapt. Vervolgens drinken we hier  ‘s avonds een flinke borrel van  n doen dan de mannen hun plasje tegen diezelfde palmboom als waar het goedje vandaan komt! Sinds wij hier zijn is de Feni productie met 75 procent gestegen.

Het is hier in Agonda verder relaxen. Zonnen, zwemmen en met de scooter rond rijden. We hebben een scooter gehuurd zolang als we hier zijn. En hier snorren we samen of alleen op rond. Samen is natuurlijk jeugdsentiment.
Maar hier rijden brengt weer wat gevaren met zich mee, je moet namelijk ook hier om de heilige koeien rijden en oppassen voor overstekende apen. Maar het ergste wat je kan over komen is dat een inhalende Indiër zijn keel schraapt en dit weg spuugt en je de kans loopt dat je het tegen je hoofd aan krijgt. Jakkes, dit is Ton al 2 maal overkomen. Dit maakte hem witheet. Eenmaal heeft hij zijn scooter midden op de highway stilgezet en de mensen aangesproken. Deze waren zo verbluft dat ze hem een doekje aanboden en zich bleven verontschuldigen. De tweede keer werd hij bespuwd door een scooter die hij in wilde halen. Hij heeft deze scooter  gedwongen tot stoppen  en heeft de spuwer 3x terug gespuugd. Ook deze was  helemaal verbouwereerd. Het is hier in India namelijk heel gewoon dat je zeer luidruchtig je keel schraapt en wat er omhoog komt uitspuwt, waar je ook bent of staat. Zowel mannen als vrouwen doen dit.

Onze Floor is met dit plekje ook erg in haar nopjes. Ze had het echt helemaal gehad met het rijden.Als de camper werd gestart ging ze zover mogelijk weg liggen en moest echt gedwongen worden om in te stappen.

Hier speelt ze de hele dag met de flos of tennisbal en zwemt regelmatig in zee. Ook wat betreft eten heeft ze niet te klagen. Telkens als we steaks eten moeten deze door Ton uit een halve koe worden gesneden. De pezen en al het andere afval zijn voor Floor. Dus ook zij eet heerlijke steaks.

Regelmatig zien we ‘s morgens de dolfijnen in zee zwemmen. Ze komen heel dicht bij het strand. Er schijnt hier ook een tijger rond te lopen en hij zou laatst een keer ‘s nachts rond de campers hebben gelopen. Men had pootafdrukken gevonden. Er bleken ook 2 varkentjes en 2 kleine hondjes te zijn verdwenen. De eerste nacht hadden we een minder prettige ervaring. Rond een uur of 4 werden we wakker van een schurend geluid. Bij nader onderzoek bleek dat ze de hor hadden opengesneden, maar zijn afgeschrikt omdat we wakker werden en het licht aan deden. ‘s Morgens bleek dat er op meer plaatsen was geprobeerd om in te breken maar nergens was het gelukt om iets mee te nemen.

We hebben van 28 december tot 8 januari bezoek gehad van Frans, Riëtte en Meis. Het was heerlijk en gezellig om vrienden uit Nederland hier te hebben. Nederlands praten, de laatste nieuwtjes horen, gewoon samen zijn met mensen die je goed kent. Frans heeft samen met Ton naar het probleem gekeken van de stuurbekrachtiging en ze hebben er het nodige aan gedaan. Of het weer functioneert moeten we afwachten tot we weer gaan rijden.Ze hebben ook nog 2 lekke banden gerepareerd. Verder zijn we met zijn allen naar de hippie markt in Ajuina geweest en hebben we Panaji en oud Goa bezocht. Het afscheid was dus weer een hele klus. Na 4 weken Goa beginnen we ons wel af te vragen of we normaal of abnormaal zijn?

Iedereen is minimaal 1 jaar of  “open end” onderweg; wij niet.
De meesten lopen de hele dag stoned rond; wij niet.
Iedereen loopt of zit te mediteren; doet aan yoga; wij niet.
Iedereen is vegetariër; wij niet.
De meeste hebben rasta-haren; wij niet.
Van de reizende met eigen vervoer is gesponsord of voor het goede doel onderweg; wij niet.
In 2005 zijn er maar 138 campers/auto’s, motoren of fietsers uit Europa de grens met India
gepasseerd. Waarom horen wij bij die paar rare Europeanen?

We blijven nog tot 22/23 januari hier en dan gaan we beginnen aan de terugreis!
Eerst nog wat steden bezoeken in Rajasthan en dan naar Islamabad in Pakistan om het visum van Iran aan te vragen. Deze 5 weken niks doen en alleen maar genieten heeft ons goed gedaan. We hebben weer zin om de uitdaging aan te gaan met toeterende kamikazepiloten; met opdringerige verkopers; met opdringerige bedelaars en alle onvoorspelbare andere zaken. We proberen India te zien door Indische ogen en niet meer door Europese. Dit is moeilijk, maar alleen op die manier leer je de Indiërs  begrijpen!

India, Bikanar
Na vijf en een halve week op Agonda-beach te hebben gestaan; wat erg lang is voor een stel zigeuners; de uitdaging  aangegaan om weer te vertrekken. De kortste route genomen richting autobaan naar Bombay. In de buurt van Belgaum word erts gewonnen en honderden vrachtwagens hebben de weg totaal kapot gereden. Het was zo erg dat deze file vrachtwagens gewoon links ging rijden en wij rechts moesten rijden over het allerslechtste wegdek. Chantel is af en toe uit moeten stappen om het verkeer tegen te houden zodat we om de kuilen heen konden !!! Resultaat na 20 kilometer super slechte weg was een krakende linker wielophanging; weer diesellekkages; koeienvanger scheef en overal met de onderkant aan de grond gezeten! Op de autobaan aangekomen dachten we eindelijk te kunnen gassen. Dit viel echter ook tegen. Veel spookrijders; heilige koeien en verkoopkramen stonden geen hoge snelheden toe. Later realiseerden we ons dat we geen enkele vrachtwagenchauffeur gezien hebben met een bril op. Of ze hebben hier allemaal zeer goede ogen of ze zien erg slecht. Gezien het spookrijden denken we aan het laatste.

Vanaf Bombay werden de wegen steeds beter en in Rajhastan aangekomen zelfs erg goed. Zelfs het verkeer houdt hier meer rekening met elkaar. We hebben Udaipur ,Pushkar, Jodhpur en Jaisalmar bezocht.  Dit zijn allemaal steden waar paleizen te zien waren van Maharadja’s. Deze hadden tot ver in de vorige eeuw erg veel rijkdom. Op dit moment zijn we in Bikanar. Al deze steden liggen in de Tharwoestijn die aan Pakistan grenst. Het is een grote militaire kazerne en in Jaisalmar hoorden we van de bevolking dat daarom de wegen zo goed zijn. Op deze wegen kom je niets anders tegen als militaire konvooien. Deze militairen hebben overigens ook een rijstijl als een stel spelende kinderen. Tot twee maal toe zijn ze weer tegen onze spiegel aan gereden, wat het totaal op 5 brengt. We hebben onze spiegels nu beter zichtbaar gemaakt met een of andere carnavalsversiering. Hebben wij ook nog een beetje carnaval. De steden die we bezocht hebben zijn allemaal hele mooie steden met veel bezienswaardigheden en nette en niet opdringerige mensen.

In Bikanar zijn we met een tuktuk naar de rattentempel geweest. Hier zijn de ratten heilig en loop je op je blote voeten door de rattenpoep! Onderweg naar een dromedarissenfarm kregen we een lekke band. Ton moest de tuktuk wat schuin duwen en zo werd het wiel gewisseld, fluitje van een cent!

In Udaipur heeft Ton weer een dagje onder de camper doorgebracht om de “schade” te repareren. Gelukkig bleek de wielophanging in orde te zijn. Van een schokbreker was een bevestigingsbus kapot. De diesellekkage is ook weer verholpen; de dieselfilterhouder was los getrild! Momenteel functioneert alles weer naar behoren inclusief de stuurbekrachtiging die Frans in Goa gerepareerd heeft. We zijn bezig met onze laatste dagen in India. Over een dag of 5 gaan we de grens over naar Pakistan. Daar gaan we naar Islamabad om het visum van Iran aan te vragen. We hebben al gehoord van andere reizigers dat je daar geen visum krijgt en dit in Peshwahar moet halen; we wachten maar af. Gelukkig hebben ze in Pakistan wel goede Mercedes garages en kunnen we onze Dancing Queen eens goed nalaten kijken. Hier in India hebben ze nog  geen passende vetspuit om op onze vetnippels te zetten.

Nu we India bijna  verlaten hebben we veel gesproken over hoe we India ervaren hebben. Om dit duidelijk te krijgen valt niet mee. Er zijn hier zoveel tegenstrijdige zaken die wij als westerlingen niet begrijpen. B.v. hoe ze hier omgaan met het milieu: alle vuilnis wordt overal waar het ligt opgestookt, wat weer mee werkt aan de smog. Ze vissen hier met dynamiet, dus ook de allerkleinste visjes kun je kopen op de vismarkt. Omdat de meeste mensen te arm zijn om gas te kopen wordt bijna iedere boom met de grond gelijk gemaakt om te koken of zich in deze koude nachten te kunnen verwarmen. Op de dagen dat we ‘s morgens vroeg vertrokken moesten we het eerste uur door een rook gordijn rijden, tot we uit de stad waren. Overal waar we geweest zijn valt iedere avond de stroom uit en worden  de zeer luidruchtige generators gestart. Deze leveren een bijdrage aan de altijd aanwezige geluidsoverlast. Volgens Ton heeft Honda een contract met de staat! Op Goa na hebben we nog geen plekje kunnen vinden waar het ‘s nachts stil was. Ook de honden leveren hier een bijdrage aan. Overdag slapen ze en ‘s avonds als de bevolking naar bed gaat komen ze tevoorschijn om tussen het achter gebleven vuilnis hun rantsoen te zoeken. I.v.m. het verdedigen van hun territorium gaat dit gepaard met vecht en blafpartijen. Verder zijn we hier elke dag/nacht getrakteerd op vuurwerk. Floor is er bijna aan gewend geraakt.

De armoede is erg aangrijpend. De tegenstelling tussen arm en rijk is ontzettend groot. Er zijn mensen die hier wonen op een stuk stoep en meer hebben ze niet. Verder heeft het kastenstelsel ons ook erg aangegrepen. Behoor je tot de lagere kasten en je sterft, dan word je aan het begin van het dorp langs de weg gelegd en als je geluk hebt nog dezelfde dag door een destructiebedrijf opgehaald.

Overal lopen duizenden zwerfhonden, maar er zijn ook dorpen waar geen enkele hond te zien is. Hier lopen alleen maar katten rond. Wat is er met de honden gebeurd? Als ritueel worden in bepaalde dorpen door de bevolking hun beste beest geofferd. Het bloed word opgevangen en hiermee worden de scooters; brommers; motors auto’s en vrachtwagens besmeurd. Die rijden dan maanden half-rood rond en denken geen ongeluk meer te krijgen. Wat voor beest het echter is maakt niet uit! Kun je jezelf voorstellen wat dat betekend?

Verder werden we iedere dag geconfronteerd met tientallen doodgereden beesten; veelal honden. Ze gaan op straat liggen slapen en er is niemand die het ook maar in z’n hoofd haalt om zo’n beest van de weg af te halen. Nee; men wacht gewoon tot het doodgereden word en ook dan laat men het gewoon liggen! Waarschijnlijk gelooft men t.a.v. beesten ook in reïncarnatie en denkt men dat deze ook in een beter leven terug komen. Naast de super slechte wegen waar we mee geconfronteerd zijn is het deelnemen aan het verkeer in India overleven. Overleven is voor ons het continu anticiperen op de krankzinnigheid van je mede weggebruikers. In het donker rijden was hier een drama. Iedere tegenligger had groot licht op en naar later bleek is dat verlichting van 100 watt terwijl in Nederland maar max. 60 watt is toegestaan. Ook wij hebben nu dus 100 watt verlichting gemonteerd.

Maar India heeft ook mooie dingen. Veel bezienswaardigheden die zeker de moeite waard waren om te bekijken. Vriendelijke en ook zeer kleurrijke mensen. Ook de Indiase keuken; toch overwegend vegetarisch hebben we als heerlijk ervaren. Meestal was het erg spicy wat vooral Ton wel lekker vond. We hebben geen enkele maal de Delhi Belly gehad (diarree). Misschien heeft dit ook te maken met onze profylaxe; een goede borrel voor het eten!
Het feit dat we met eigen vervoer hebben gereisd heeft zijn voor en nadelen gehad. Een camperland is het niet want alleen in Goa hebben we vrij kunnen kamperen. Maar ondanks de minder leuke dingen hebben we een fijne tijd gehad in India. We hebben veel geleerd en vooral leren relativeren. We zijn ons weer bewust hoe goed we het hebben in ons kikkerlandje.

We hopen de laatste dagen nog ongeschonden uit India te komen. Op naar Pakistan. Een nieuw avontuur, waarschijnlijk vol verrassingen.

Turkije, Alanya
In Islamabad heeft Ton onze Dancing Queen zelf goed nagekeken. We zijn maar niet naar een garage gegaan omdat andere toeristen geen goed woord over hadden voor de service hier. Verder bleken originele Mercedes onderdelen veelal afkomstig te zijn uit Rusland. Zo ook dvd’s en cd’s die hier voor een habbekrats te koop zijn. We hebben een aantal films aangeschaft en een paar tv-avondjes gehad (Chantel).

In het hele land waren er dagen lang demonstraties vanwege een Deense cartoonist die beledigde cartoons van Mohamed had gemaakt. Er zijn vele doden in Lahor, Peswahar en ander steden gevallen. Er was veel politie en leger op de been. Ook in Islamabad waren regelmatig grote betogingen. Dan sneuvelde er ruiten van winkels en werden auto’s vernield. Het hoogtepunt was een grote demonstratie op zondag. We moesten van de bewaking op de camping de campers bij elkaar zetten en mochten van 13.00 tot 18.00 uur niet uit de camper komen. We zagen grote mensen massa’s met spandoeken en leuzen schreeuwend voorbij de camping trekken. Regelmatig werd er een charge door de politie uitgevoerd. Beide kampen vuurde traangasgranaten af. We hebben de hele middag met natte doeken de ogen moeten betten. Tussen de demonstraties door een transit visum voor Iran geregeld. De ambassadewijk was helemaal afgesloten en was alleen bereikbaar na een strenge controle waarna je met een bus de wijk werd ingereden.

Na 10 dagen van demonstraties in Islamabad met dikke ogen van het traangas vertrokken naar het zuiden. I.v.m. de weersvoorspellingen in west Iran en oost Turkije (-26 in Van ‘s nachts) besloten om toch wat rustiger aan te doen. De zoutmijnen in Kewra bezocht; de 2 na grootste in de wereld. Hier mochten we niet overnachten omdat het niet veilig zou zijn. Dus aan de bijna west Europese motor Highway (6-baans en prachtige wegrestaurants) overnacht.
Van daaruit naar het nationaal park Lal-Suhanra. Hier zijn we 4 dagen gebleven, mede doordat we allebei 2 dagen ziek zijn geweest (missen onze profylaxe)!

Usch Sharif, mausoleums van een paar honderd jaar oud bezocht en toen naar Sukkur. Van daaruit aan de tocht van ongeveer 400 km. richting Quetta begonnen. Onderweg allemaal vriendelijk zwaaiende mensen en deze keer redelijk goed te berijden wegen. Pakistan begon ons warempel te bevallen, tot we ‘s middags om 14.00 uur van de weg werden gehaald om achter de politie aan te rijden naar het politiebureau in Sibi. Hier moesten we tot de volgende morgen 8.00 uur wachten tot we verder naar Quetta konden onder politiebegeleiding. Deze keer konden ze ons wel vertellen waarom we moesten worden begeleid door de politie; ze zijn bang voor kidnapping!! De volgende ochtend vertrokken onder politiebegeleiding, deze reed maar 3 km. mee en we konden weer alleen verder ?? Onderweg bij politiecontroles was wel bekend dat wij er aan moesten komen. De weg was landschappelijk zeer mooi en we vroegen ons steeds af waarom we op de heenweg de andere route gekozen hadden. Verkeerde info uit boeken!
Aan de stadsrand van Quetta werden we weer aangehouden.

Men moest precies weten waar we heen gingen en wanneer we weer verder zouden gaan. Na een uurtje mochten we onder politiebegeleiding verder. Je zult het niet geloven maar we moesten achter een politiebrommer aan waarop een bewapende politieagent zat. Ook nu weer mochten we na een aantal km. alleen verder. Bij hotel Bloomstar waar we ook op de heenweg hebben gestaan, stonden een Italiaanse en een Nederlandse camper. Beiden waren al 12 dagen aan het wachten op een transit-visum voor Iran. Het Nederlandse echtpaar had met de Nederlandse ambassade in Islamabad gesproken en deze hadden hun geadviseerd zo snel mogelijk Pakistan te verlaten; het is niet veilig! Ze hadden dus besloten om niet verder dan Quetta te gaan en als ze het visum hadden weer terug te gaan naar Iran en door naar Turkije (ze  wilden eigenlijk naar India). Ze vertelden dat er 3 dagen eerder 4 mensen waren geliquideerd in een park (Pakistani), ook was het in Quetta regelmatig zeer onrustig. De oorzaak is een stammenstrijd vanwege de drugshandel. Ze hadden al verschillende dagen niet buiten de hotelmuren mogen komen. Van een Zwitsers toeristen stel was de hond na het eten van iets op straat binnen een paar minuten dood gegaan. Ze gooien hier vergiftigd vlees op straat om de wilde honden uit te roeien! Ook de cartoons van Mohammed zorgden hier voor de nodige demonstraties. De Nederlanders vertelden wanneer men vroeg waar ze vandaan kwamen dat ze Zwitsers zijn (een redelijk neutraal land). Wij als chauvinisten blijven volhouden dat we Hollanders zijn!!!!! Ook wisten ze te vertellen dat een Duitse camper nog niet zolang geleden in brand is gestoken en volledig is uitgebrand. Deze informatie gaf ons een behoorlijk onbehaaglijk gevoel.

De volgende morgen weer snel vertrokken richting de grens. Wederom mochten we alleen rijden maar na alle info vroegen we ons af wat is beter met of zonder begeleiding? In Dalabadin zijn we 2x van overnachtingsplaats moeten verwisselen. Op allebei de plekken zou het voor ons niet veilig zijn. Uiteindelijk bij de douane op een bewaakte ommuurde plaats gestaan. ‘s Avonds werden we door 4 Turkse chauffeurs die hier ook overnachten op de thee uitgenodigd. Zij zeiden Pakistan en Iran hebben veel problemen”!! Hier kwamen ze nooit meer. Ze vertelden dat alles kapot ging aan de auto’s vanwege de slechte wegen hier. Ze hadden een transport verzorgd met goederen voor het aardbevingsgebied in noord Pakistan. ‘s Morgen weer verder voor het laatste stukje Pakistan. Aan de grens overnacht.’s Avonds moesten we komen eten bij de douaneambtenaren in de officiersmess. Op de grond in kleermakerszit eten met alleen een lepel viel niet mee, maar het eten was lekker.

Onderweg viel het ons op dat net als in India zeer veel mensen de hele dag niets zitten te doen.
En wat doe je ‘s avonds als je de hele dag niks hebt zitten doen?……….Juist !!!
En daarvan komen nog meer mensen die als ze geluk hebben voor 30 euro in de maand slavenarbeid mogen verrichten om de economie op te krikken. Of worden geboren om te bedelen of om ook de hele dag niks te doen.
En wat doe je ‘s avonds als je de hele dag niks hebt gedaan?…..Ja juist !!!!
Wat jullie nog niet wisten is dat we vanaf de heenweg Pakistaanse grens oktober 2005 zijn getrouwd en drie zonen hebben. Jan, Piet en Kees; ze zijn 21, 22 en 23 jaar oud. Ze studeren alle drie; Jan medicijnen, Piet economie en Kees informatica. Het kwam zo. We moesten toen we in Wagah overnachten een borrel komen drinken bij de douane. Deze vroegen of we getrouwd waren en of we kinderen hadden. Zo eerlijk als we waren vertelden we dat we geen kinderen hadden. Dit vonden ze vreemd en ze moesten weten waarom. Als we terug kwamen zou hij met Chantel naar de dokter gaan en alles betalen want kinderen moest je hebben. Vandaar dat we het bovenstaande verhaal verzonnen hebben om niet telkens uit te hoeven leggen waarom we geen kinderen hebben. Nu we in Iran zijn hebben we ons huwelijk weer ontbonden en onze zonen in Pakistan achtergelaten.

De grens Pakistan/Iran was snel genoeg genomen. In Iran begonnen de problemen weer. Direct na de grens politiebegeleiding. Tevens was er geen diesel in de grensstreek. In Zahadan wilden we tanken.Tot 3 maal toe werden we aangehouden en begeleid door de politie de stad weer uit gebracht. Nog steeds hadden we geen diesel. Ze begrepen maar niet dat we niet verder konden zonder te tanken. Na veel gedoe was er een man zo vriendelijk om voor ons op te rijden en zo kwamen we bij het tankstation 15 km. terug aan een autobaan. We kregen niks. Hier is de diesel op de bon i.v.m het smokkelen naar Pakistan. Na veel praten en weigeren om te gaan kregen we 50 liter diesel. Bij het volgende pompstation het zelfde verhaal maar ook hier weer 50 liter gekregen. Gewoon je auto voor de pomp laten staan tot de andere vrachtwagenchauffeurs boos worden en zich er ook mee gaan bemoeien. Op de weg naar Bam zijn we zeker 200 km. begeleid door de politie. Onderweg waren er zeer strenge controles. Uit de auto’s, vrachtwagens en bussen werden de jerrycans diesel gehaald en in beslag genomen. In Bam bij meneer Mr. Akbar overnacht tussen de puinhopen van de aardbeving. Dit is een Engelse leraar en met hem een uurtje gesproken over het hele aardbevingsgebeuren. Volgens hem was de belangrijkste les voor de bevolking daar en voor de hele wereld; het leven is geven en nemen. In 2 dagen naar Qom gereden waar we een dagje rust hebben genomen, we hebben heerlijk rustig bij het mausoleum van Khomeini gestaan. Het was hard werken voor de Dancing Queen, er stond een harde wind waar we tegen in moesten van kracht 9/10. Bovendien moesten we af en toe een zandstorm trotseren.
Chantel heeft een heel bijzondere verjaardag gehad. De hele dag onderweg in de camper; zo’n 10 uurtjes. Een hoofddoek op en geen borreltje. Wel een cadeautje en een stukje taart.

Vanaf Qom in 2 dagen naar de grens gereden. Afscheid genomen van de corrupte grensambtenaren.
In Dogubayazit lag 30 cm. sneeuw en we konden maar net boven bij de Ishak Pasja op de camping komen. Het was er een groot blubber zooitje want overdag dooide het en ‘s nachts vroor het 10 graden. Onder het genot van de zeer luidruchtige plaatselijke popster hebben we na 4 weken alcoholvrij te zijn geweest heerlijk gegeten en een lekkere borrel gedronken. In Erzerum en Erzincan vroor het ‘s nachts nog meer als 25 graden. We konden er eventueel met andere vrachtwagenchauffeurs in een verwarmde loods slapen. Omdat het richting Tatvan minder koud was gekozen voor de zuidelijke route via Tatvan, Bitliss, Diyarbakir, Sanliurfa naar Gaziantep. Vlak achter Dogubayazit moesten we een pas over van 2640 meter en vanaf dat moment lag er tot aan Diyarbakir afwisselend 1 tot 3 meter sneeuw langs de weg. De weg was door de strenge vorst en het gebruik van sneeuwkettingen totaal aan gort gereden. Aan het wegdek konden we dus niet merken dat we in Europa waren; wel aan de portemonnee. Voor inkopen van 3 dagen in de supermarkt waren we meer geld kwijt dan 2 weken in Iran inclusief brandstof voor 5000 km.
In Mersin een dagje bijgetankt aan zee, het was hier redelijk weer. Ton weer geklust aan Dancing Queen. De schokbreker zat weer los, de uitlaat hing los en ze wilde soms niet meer starten. Alles is weer in orde om verder te reizen. Op dit moment zijn we in Alanya waar we noodweer hebben gehad. Maar het wordt later deze week beter weer zeggen ze. Gezien de weersomstandigheden onderweg naar Nederland wachten we nog maar een poosje met de terugreis. Voorlopig hebben we genoeg sneeuw gezien! Omstreeks 10 April hopen we weer thuis aan te komen.

Nederland, Thuis
We zijn 14 dagen in Alanya geweest. Het weer was zoals in geheel Europa niet al te best. Ton is na 4 dagen ziek geworden en begonnen met een breed spectrum antibiotica. Na 3 dagen had hij nog hoge koorts en toen maar besloten om naar het ziekenhuis te gaan. Je weet maar nooit wat je allemaal op kunt lopen in deze landen. Zelf dachten we aan Malaria! In het ziekenhuis hebben ze longfoto’s gemaakt, bloed en urine onderzocht. De uitslag was een zware longontsteking en hij moest in het ziekenhuis blijven. Omdat we zelf konden spuiten mochten we uiteindelijk met een hoop medicatie weer naar de camping. Ton heeft zichzelf 5 dagen 2x daags gespoten en knapte elke dag weer wat meer op. Na de laatste spuit zijn we weer verder gegaan met de reis.

Dwars door het binnenland van Turkije naar Istanbul. Onderweg nog veel sneeuw op de bergen en ‘s nachts vorst.
Aan de Bulgaarse grens moesten we met de camper door een desinfectie bad rijden. Dit moesten we betalen maar voor we mochten betalen moest Ton eerst zijn handen desinfecteren! Ook zouden de papieren van Floor niet in orde zijn en daar moest ook voor worden betaald. Uitgelegd dat alles in orde was met de papieren en dat we niets betaalden. Uiteindelijk mochten we weer verder. Door het vroegere Joegoslavië ging weer prima, deze keer niet opgelicht. Ook aan de grenzen geen problemen. We vonden de mensen in Servië erg onvriendelijk (zouden het Milosoviç aanhangers zijn geweest?).

In Oostenrijk was de lente ook nog niet begonnen. Er lag op sommige plaatsen nog veel sneeuw. Ook Duitsland had niet echt mooi weer, maar ja dan kunnen we vast wennen aan het Nederlandse weer. We waren in Duitsland net over de grens toen we door de douane werden aangehouden, ze wilde de camper controleren op gesmokkelde sigaretten. Helaas voor hen hadden we niet een sigaret bij ons dus na wat onderzoek van de beambten konden we weer verder rijden.Het is een ongelooflijk genot om met Dancing Queen over de vlakke wegen te schuifelen. Van kapotte schokbrekers en ophangrubbers merk je niets meer! Dat zijn overigens de enige onderdelen die op de slechte wegen definitief kapot zijn gegaan. De schokbrekers waren bij vertrek overigens nieuw, dus koop nooit Monroe’s! Nu komen er goede Koni’s onder.

In Aschaffenburg net als op de heenweg weer overnacht. Hier sta je direct aan de oever van de Main. Ze kwamen ons waarschuwen dat we het water in de gaten moesten houden. Het kwam op dit moment 3 cm. per uur omhoog en de mogelijkheid bestond dat we moesten evacueren! Kortom: Slecht weer, hoog water, we zijn al weer helemaal gewend aan Holland. Nu straks nog even leren dat er ook nog gewerkt moet worden, want het laatste half jaar hebben we niet veel uitgevoerd.

We hebben de laatste week in de Eifel doorgebracht. Eerst 3 dagen bij Germaine en Wim geweest. Zij waren een weekje op vakantie in een bungalowpark in Kronenburg. Daarna het weekend op de Weisse Stein doorgebracht met Marcel, Jeannette, Frans, Riëtte en Meis. Zij waren met hun campers naar de Eifel gekomen voor een koude ontvangst. Bijgepraat, veel gelachen, gebarbecued en ons opgewarmd bij een kampvuur. Zondag 9 april zijn we dan eindelijk in Ottersum gearriveerd. We werden verwelkomd door de gehele familie Peters. Het was geweldig.
Iedereen bedankt voor de belangstelling en de mailtjes. Helaas konden we niet iedereen persoonlijk terug mailen. Dan waren we nu nog onderweg! De koffie staat weer klaar; de koelkast en de diepvries zijn weer gevuld. Tot gauw.

Laat een antwoord achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *